Zaandam, 27 april 2000 - De in december 1999 aangekondigde 50/50 joint venture tussen Ahold en de Scandinavische marktleider ICA Groep is vandaag succesvol afgerond. Ahold heeft vandaag voor haar belang een bedrag betaald van Euro 1,8 miljard. Eerder waren de aandeelhouders van de ICA Groep akkoord gegaan en gaf de Europese Commissie toestemming. De andere 50% van de nieuwe joint venture 'ICA Ahold Holding AB' is in eigendom bij ICA aangesloten retailers (30%) en de investeringsmaatschappij Canica, die de belangen behartigt van de Noorse familie Hagen (20%).
De ICA Groep, met in 1999 een omzet van circa Euro 6,6 miljard, is in Zweden marktleider in de levensmiddelendistributie en heeft in Noorwegen de tweede positie. Bij de ICA Groep zijn ruim 3.100 supermarkten, hypermarkten en discountwinkels aangesloten. De groep heeft tevens een niet geconsolideerd belang van 50% in Statoil Retail met een omzet van Euro 2,9 miljard. Statoil Retail bezit 1.500 benzinestations in Zweden, Noorwegen en Denemarken, die tot volwaardige gemakswinkels kunnen worden ontwikkeld. De ICA Groep bedient ook institutionele klanten.
De joint venture met de ICA Groep zal naar verwachting de positie van Ahold in Europa verder versterken, mede dankzij de uitwisseling van kennis, schaalgrootte-voordelen en onderlinge synergie. Eerder heeft Ahold de verwachting afgegeven dat de synergieopbrengsten in de eerste 12 maanden minimaal Euro 33 miljoen zullen bedragen en vervolgens Euro 50 miljoen op jaarbasis. Naast autonome groei wordt verwacht dat de ICA Groep in de komende jaren ook elders in Noord-Europa activiteiten zal ontplooien.